Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En [80]hij kwam nevens waar ik stond; en als hij kwam, verschrikte ik, en viel op mijn aangezicht. Toen zeide hij tot mij: Versta, [82]gij mensenkind! want dit gezicht zal [83]zijn tot den tijd van het einde. 80. Te weten de engel Gabriel. 81. Zie de aantekening Ezech.1:28. 82. Alleen worden Daniel en Ezechiel [zijnde in goddelijke gezichten] aldus genoemd. Zie Ezech.2:1. Anders: gij zoon van Adam. 83. Dat is, zal vervuld worden te dien tijde, als de Messias, [die in de laatste dagen is geopenbaard geworden, 1 Petr.1:20,] en het einde der wet, Rom.10:4, zullen gekomen zijn. Of, gelijk sommigen: Dit gezicht heeft nog een verder verstand dan enkel op Antiochus Epifanes, waardoor ook wordt gemeend nog een andere grote vijand van Gods kerk aan het einde der wereld. Anders: zal zijn ter bepaalder, of precieser, of precieselijk bestemden tijd; waarvan de zin zou zijn, dit is geen ijdele bespiegeling, maar het gezicht zal zijne kracht hebben en ten tijde van God bestemd voltrokken worden.